Sinds 2015 zijn gemeenten verantwoordelijk voor het advies bij een stedenbouwkundige aanvraag die betrekking heeft op een gebouw dat op de inventaris van het bouwkundig erfgoed staat. Sommige gemeenten kunnen hiervoor een beroep doen op erfgoedadvies vanuit een erkende Intergemeentelijke Onroerend Erfgoed Dienst (IOED). Indien men een duidelijk en werkbaar beleidskader wil uitwerken is, de opmaak van een globaal erfgoedwaarderingsplan cruciaal.
Erfgoedstudio heeft in samenwerking met het Agentschap Onroerend Erfgoed en de IOED Raakvlak (Brugge en Ommeland) een methodiek uitgewerkt waarbij alle inventarispanden in een gemeente een classificatie krijgen die aangeeft hoe waardevol een pand (nog) is. Dit op een objectieve manier, gebaseerd op wettelijke criteria en waarderingen. Hierbij wordt niet enkel de invalshoek 'erfgoed' belicht, maar wordt ook rekening gehouden met de vastgoedmatige waarde. In totaal worden voor elk pand 11 criteria in rekening gebracht, m.n. authenticiteit, gaafheid, herkenbaarheid, zeldzaamheid, representativiteit, ensemble, context, beleving, gebruiksmogelijkheden, bouwfysiek en aanpasbaarheid. Alle deze vastgestelde waarden worden in een raadpleegbare databank bijgehouden.
Per typologie van erfgoedpanden worden doelstellingen gedefinieerd, bvb. met betrekking tot gevelarchitectuur, buitenschrijnwerk, beeldbepalende zichtassen,… Deze doelstellingen kunnen vervolgens door de gemeente verder verfijnd worden naar gerichte acties en maatregelen. Zo heeft de gemeente een nuttig instrument om haar toekomstig erfgoedbeleid coherent uit te stippelen en efficiënt uit te voeren.